Anne van den Dool
Anne van den Dool is onder andere onderzoeksredacteur bij de KB. Voor meer informatie ga naar annevandendool.nl.
Eerder dit jaar ontvingen bibliotheken door het hele land subsidie in het kader van het Leesoffensief. Met dit geld kunnen zij aan de slag om kinderen en jongeren aan het lezen te krijgen. Biblionet Groningen zet de gelden in voor professionalisering van het aanbod voor een relatief nieuwe doelgroep: het praktijkonderwijs.
Hoe zet je de Leesoffensief-gelden op een duurzame manier in? Daarover dachten ze ook bij Biblionet Groningen goed na toen ze de subsidie in ontvangst mochten nemen. Ze besloten zich te richten op een tak van het onderwijs die in bibliotheekland nog relatief onbekend is: de praktijkschool. Dit type onderwijs is gericht op leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. De zesjarige opleiding is bedoeld voor hen die meer ondersteuning nodig hebben dan andere scholen kunnen bieden.
Ook voor Midden-Groningen is dat een doelgroep waarmee ze nog weinig ervaring hebben opgedaan, vertelt projectleider Anneke Tiddens. ‘Met het primair en het voortgezet onderwijs hebben we al veel mooie samenwerkingen lopen. Elk jaar proberen we twee nieuwe middelbare scholen te overtuigen om een structurele alliantie met ons aan te gaan. Daarbij richten we ons met name op het vmbo. Nu willen we onze blik verbreden door ook het praktijkonderwijs te bedienen.’
Die eerste samenwerking zal plaatsvinden in Appingedam, waar de bibliotheek al een prettige samenwerking met een middelbare school heeft lopen. ‘We willen daar onderzoeken op welke gebieden we onze expertise moeten vergroten en wat de collectie nodig heeft,’ legt Tiddens uit. ‘Als we vanuit die basis willen verbreden, kunnen we dat gestructureerd en planmatig aanpakken. We hebben zes praktijkscholen in de provincie, dus we hebben nog genoeg uitbreidingsmogelijkheden.’
Praktijkscholen zijn een bijzondere tak van sport, weet Tiddens. ‘Het is een type educatie dat op het eerste gezicht het meest verwant lijkt aan het voortgezet onderwijs, maar het heeft juist ook sterke links met het basisonderwijs. Onze eerste ervaring is dat opdrachten voor het basisonderwijs hier nog best moeilijk gevonden worden.’
Bij de Bibliotheek Midden-Groningen wilden ze al langer nader kennismaken met deze doelgroep, maar het geld was er simpelweg niet. ‘Met de subsidie van het Leesoffensief kunnen we iets duurzaams creëren,’ aldus Tiddens. ‘We kunnen investeren in onze eigen expertise, in plaats van een eenmalige impuls aan ons aanbod geven.’
Dat het nog zoeken is, komt ook omdat op landelijk gebied nog weinig uitgerold is op het gebied van praktijkonderwijs. ‘Inmiddels lopen de eerste pilots op verschillende plekken in het land. Wij horen daar niet bij, maar kunnen wel aanhaken waar dat voor ons nuttig is. Het laat goed zien in welke spagaat we ons bevinden: gaan we aan de slag met bestaande initiatieven of bedenken we zelf iets nieuws?’
Inmiddels zijn twee leesconsulenten aangehaakt om het project te trekken. Ze hebben beiden hun onderwijsbevoegdheid en hebben voor de klas gestaan in verschillende scholen en leerlagen. ‘Als we eenmaal met die ene school gestart zijn hopen we snel uit te breiden,’ vertelt Tiddens. ‘We willen een aanbod maken voor leerlingen, docenten én ouders. Dit is zo’n belangrijke doelgroep. Dit is de groep leerlingen die de grootste moeite heeft met lezen. Hier laten we zoveel liggen, heb ik lang gedacht. Gelukkig gaan we er nu alsnog meer aan de slag.’
Toch is het niet makkelijk. ‘De meeste van deze kinderen zitten op een heel laag leesniveau. Ook ontwikkelen praktijkscholen zelf veel aanbod. We moeten dus echt onze meerwaarde en impact laten zien. De leerlingen moeten leeshonger krijgen. Het lijkt me fantastisch als dat lukt.’
Tiddens is met name benieuwd naar de betrokkenheid van de ouders. ‘Wat doen zij aan lezen? Kunnen we ook hen helpen met een passend aanbod? Dat zijn volgende stappen die we graag willen zetten.’
Ook op de school waar ze komt ziet Tiddens al de eerste mooie initiatieven ontstaan. ‘Bij sommige onderwijsinstellingen gaan in veel klassen, twee leerlingen elke week op de fiets naar de bibliotheek om boeken voor de klas te halen. Dat zijn mooie beginnetjes, waarmee je ook het bezoek aan de bibliotheek laagdrempelig maakt en zelfstandigheid bevordert.’
Inmiddels staan ook de eerste meeloopdagen bij andere scholen gepland. ‘We gaan een kijkje nemen in Friesland en Veendam om te zien hoe het er daar aan toegaat in het praktijkonderwijs. Ook willen we onze collega’s in de provincie zo goed mogelijk informeren over de stappen die we zetten. Als we bij een nuttige kennisdag zijn geweest, delen we een vlog op ons intranet.’ Met de keuze voor deze doelgroep heeft de bibliotheekorganisatie zeker niet de makkelijkste weg gekozen, ziet ook Tiddens. ‘Toen ik laatst in de klas was op een praktijkschool, ontdekte ik dat het gemiddelde niveau rond dat van groep vier á vijf ligt. We moeten eerst heel veel gesprekken gaan voeren, gesterkt door de ervaring die op dit moment in de rest van het land wordt opgedaan. We hebben de heilige graal nog niet gevonden, maar we doen hard ons best. We hadden ook voor een makkelijkere doelgroep kunnen kiezen, maar we willen graag dat iedereen in de samenleving kan blijven meedoen. Dit is bij uitstek een doelgroep waarmee de bibliotheek zich zou moeten bemoeien. Een Makkelijk Lezen Plein is mooi, maar voor deze groep kinderen is het niet genoeg. Er is meer nodig – wat dat is, hopen we de komende tijd met elkaar te gaan ontdekken.’
Reacties